In een klein huisje, verscholen tussen
een woud en hoge bergen, woonde een jonge man genaamd Luc. Luc was
een dromer, altijd verzonken in gedachten over wat hij zou kunnen
worden en wat hij zou kunnen bereiken. Hij voelde diep van binnen
een onverklaarbare drang, van een onderbewuste wens die hem voortdreef
en dingen liet doen die hij niet geleerd had op school.
Op een dag, terwijl hij door het bos wandelde, ontdekte hij een oude,
verlaten bibliotheek. De boeken waren bedekt met stof, maar één boek
viel op door zijn beduimelde glanzende kaft. Het boek heette "De Kracht
van de Onderbewuste Wens". Nieuwsgierig begon Luc te lezen. Het boek
vertelde verhalen van mensen die hun diepste wensen hadden gevolgd
en daardoor buitengewone dingen hadden bereikt. Toen hij de oude bibliotheek
verliet was het inmiddels al donker geworden. Geïnspireerd door deze
verhalen liep Luc naar huis en besloot zijn eigen onderbewuste wens
te ontdekken en te volgen. Hij begon met kleine stappen, luisterend
naar zijn intuïtie en de fluisteringen van zijn hart.
Langzaam maar zeker merkte hij dat zijn leven begon te veranderen
door dagelijkse zaken te onderzoeken die intuïtief bij hem opdoken
bij tijd en weilen.. Hij vond nieuwe passies, ontmoette inspirerende
mensen en ontdekte talenten waarvan hij niet wist dat hij ze had.
Luc realiseerde zich dat de kracht van de mens inderdaad in zijn onderbewuste
wens schuild. Het was deze innerlijke drang die hem leidde naar een
nieuw leven vol vervulling en avontuur. En zo leefde hij verder steeds
groeiend, altijd luisterend naar de stille stem van zijn onbewuste
wens, die hem steeds weer naar nieuwe hoogten voerde.